In lieu of an abstract, here is a brief excerpt of the content:

21 HOOFDSTUK 1 Zielen knijpen Het (non-)probleem van persoonsidentiteit en het antwoord van de ziel 1 Ik kijk naar een boom en automatisch weet ik dat ík het ben die naar de boom aan het kijken ben. de mijnheid van mijn waarneming kleeft als het ware aan de waarneming vast. ze omkadert ze. dit gaat op voor al mijn ervaringen: ik ervaar ze als de mijne, zonder dat ik erover hoef na te denken. sterker nog, ik kan me aan die mijnheid niet onttrekken. mijn twijfel of ik nog wel dezelfde persoon ben, is nog altijd mijn twijfel. Mijnheid vormt de existentiële einder van mijn leven — een tamelijk pompeus, maar tevens verhelderend beeld. de horizon is een lijn die ons zo vertrouwd is dat we ze haast nooit opmerken. nu eens kartelt ze rond een bergketen, dan vloeit ze met enkele krullen rond een bos, maar doorlopen blijft ze. zelfs ‘s nachts in het duister loopt ze onverstoord verder, zij het enkel zichtbaar van aan de andere kant van de planeet. tot de aarde weer een halve toer draait. dan wordt ze opnieuw zichtbaar, flirtend nu met de gloed van de dageraad. net zoals de einder bakent ons zelfbewustzijn ons leven af en geeft er eenheid aan. Het maakt dat we ons leven ervaren als het leven van een en hetzelfde subject. dat is wat persoonsidentiteit wil zeggen: we ervaren onszelf als een persoon met één verleden, heden en toekomst. zoveel jaar geleden werd ik geboren , een tijdje geleden vloog ik de atlantische Oceaan over, nu schrijf ik deze tekst en over onbepaalde tijd zal ik sterven. Ons heden zien we als een kreuk die steeds verder opschuift in het blad van ons leven. zonder 22 blad ook geen kreuk. zonder persoonsidentiteit of zelfbewustzijn bezaten we geen stabiele notie van tijd. natuurlijk vragen we ons regelmatig af wat voor persoon we eigenlijk zijn. we kunnen er zelfs over mijmeren of er niet meerdere personen in ons schuilgaan. maar dat kunnen we net maar omdat we er al van uitgaan dat we een en dezelfde persoon blijven. de vraag of je vandaag iemand anders bent dan de dag ervoor kan enkel gesteld worden door iemand die de huidige en de vorige dag al ervaart als twee dagen uit een en hetzelfde leven. als ik mij morgen laat ombouwen tot vrouw, zal ik mij allicht anders gaan verhouden tot mijn medemens en mij daardoor anders gaan voelen. maar daarmee is geen nieuwe persoon geboren. Het gaat om een en dezelfde persoon die op een gegeven moment een tamelijk ingrijpende verandering ondergaat. Om te kunnen worstelen met de vraag wie je bent moet je eerst al iemand zijn. 2 niets is vanzelfsprekender dan onze persoonsidentiteit. als we ‘s ochtends wakker worden, hoeven we niet eerst onze herinneringen te peilen om erachter te komen dat de persoon die de vorige avond ging slapen hetzelfde bed instapte als het bed waarin wij wakker werden, om daaruit te concluderen dat we allicht nog dezelfde persoon zijn. dat we dezelfde persoon zijn berust niet op een afleiding, maar is ons bij het ontwaken automatisch gegeven. Ook zonder concrete herinneringen weten we dat we een persoon met een verleden zijn. deze vanzelfsprekendheid verdwijnt echter als sneeuw voor de zon als we ons afvragen waarop ze gebaseerd is. zowel lichamelijk als mentaal immers zijn we voortdurend in verandering. Onze lichaamscellen vernieuwen zich onophoudelijk, met als gevolg dat het kind zich maar heel moeilijk laat herkennen in de volwassene. mentaal is de ravage zo mogelijk nog groter: het geestelijke berglandschap van de puber, onstuimig en grillig, kalft doorheen de jaren af tot het heuvellandschap van de volwassene, dat uiteindelijk uitvlakt tot de kalme zeespiegel van de [3.135.202.224] Project MUSE (2024-04-25 07:00 GMT) 23 bejaarde. toch brengen deze veranderingen ons niet aan het twijfelen omtrent het feit dat het nog steeds gaat om het lichaam en de geest van een en dezelfde persoon. zelfs als we ‘s morgens met een zware kater wakker worden en niet meer weten waar we de vorige avond uithingen, verlaat deze vanzelfsprekendheid ons niet. we staan op met een bonzend hoofd en in plaats van ons te pijnigen met de vraag of we tijdens onze dronken slaap niet stiekem iemand anders zijn geworden, vragen we ons af hoe we deze zware dag zullen doorkomen — een dag die we meteen al zien als onze zoveelste, en niet als de eerste dag van een nieuw persoon. In het dagelijkse leven...

Share