In lieu of an abstract, here is a brief excerpt of the content:

totale genoomanalyse bij de mens 247 totale genoomanalyse bij de mens: impact op genetica, gezondheidszorg en maatschappij Metaforum KU Leuven (werkgroep totale genoomanalyse)* inleiding Door de snelle technische vooruitgang van de voorbije jaren is het mogelijk geworden om van een individueel menselijk genoom de volledige DNA-sequentie te bepalen. Dit heeft niet alleen een enorme impact op wetenschappelijk onderzoek en genetische diagnostiek, maar het stelt ook de maatschappij voor nieuwe uitdagingen. Er wordt gesuggereerd dat binnenkort ieders genoom in kaart zou kunnen gebracht worden. Meteen bij de geboorte, waarom niet? Dit is vandaag nog niet mogelijk, om verschillende redenen. De eerste is het gebrek aan kennis. Lezen is niet hetzelfde als begrijpen: de analyse van een genoom is complex en van een groot * De leden van de werkgroep totale genoomanalyse van het Metaforum KU Leuven zijn: Gert Matthijs en Joris Vermeesch (coördinatoren), Jan Aerts, Pascal Borry, Koen Devriendt, Kris Dierickx, Yves Moreau, Erik Schokkaert, Ann Swillen, Hilde Van Esch en Griet Verhenneman. De initiatiefnemers en de leden van de werkgroep danken alle deelnemers aan de reflectie- en discussievergaderingen die mee geleid hebben tot het opstellen van de Metaforumvisietekst die op 3 december 2011 werd gepubliceerd. 248 metaforum ku leuven gedeelte van de genetische variatie kennen we de functie en het belang nog niet. De andere redenen zijn uiteraard van ethische, economische en maatschappelijke aard. De technologie wordt dus vooral voor wetenschappelijk onderzoek gebruikt. Maar de stap naar het klinisch gebruik van een totale genoomanalyse wordt nu gezet. Metaforum heeft een groep van onderzoekers en artsen van de KU Leuven verzameld om een kader voor te stellen om met de toevloed aan genetische informatie op een verantwoorde manier om te gaan. feiten en getAllen James Watson, Francis Crick en Rosalind Franklin ontdekten in 1953 de structuur van het DNA. Dankzij dit inzicht werd duidelijk hoe DNA van de ene cel naar de andere kon worden gekopieerd en hoe de informatie kon worden omgezet van DNA naar RNA en vervolgens naar eiwitten, de eigenlijke bouwstenen van ons lichaam. In 1956 werd door middel van microscopisch onderzoek voor het eerst gezien dat mensen 46 chromosomen hebben. Chromosomen zijn de dragers van ons erfelijk materiaal en ze zijn opgebouwd uit DNA. Het zou echter nog twintig jaar duren vooraleer de volgorde van de nucleotiden (dit zijn de letters A, G, T en C van de DNA-code, die als basenparen voorkomen in de dubbele helix) en dus de genetische samenstelling van een individu of soort kon worden bepaald. Hiervoor ontwikkelden Allan Maxam en Walter Gilbert in 1976 een DNAsequeneringsmethode die gebaseerd was op de chemische modificatie van DNA. Ongeveer rond dezelfde tijd werd door Frederick Sanger een enzymatische sequeneringsmethode ontwikkeld. Dit werd snel de belangrijkste sequeneringsmethode, omdat ze de meest efficiënte was. Dankzij deze sequeneringstechniek werd het mogelijk om de nucleotidenvolgorde van een individueel gen te bepalen. Een gen kan men beschouwen als een eenheid van erfelijk materiaal die codeert voor een of meer eiwitten en waarlangs organismen erfelijke eigenschappen doorgeven aan hun nageslacht. Indien er fouten zijn in de nucleotidensamenstelling , ook wel mutaties genoemd, zal een gen minder goed of niet meer functioneren. Deze foutieve werking van een gen is de oorzaak van genetische aandoeningen. Worden deze fouten doorgegeven aan de kinderen, dan leidt dit tot erfelijke aandoeningen. Heel gekende en relatief frequente erfelijke aandoeningen die worden veroorzaakt door mutaties zijn mucoviscidose , erfelijke bloedziekten, sommige vormen van borstkanker, enzo- [18.222.69.152] Project MUSE (2024-04-24 10:47 GMT) totale genoomanalyse bij de mens 249 voort. Gezien mutaties worden doorgegeven van ouders op hun kinderen, raakt het identificeren van de genetische oorzaak van een bepaalde aandoening hele families en dikwijls beïnvloedt de diagnose de reproductieve keuzes van jonge gezinnen. Gedurende de laatste decennia is de genetische diagnostiek een belangrijk onderdeel geworden van onze geneeskunde: meer en meer ziekten worden ontdekt die door defecten in genen worden veroorzaakt, en dit aantal stijgt nog elke dag. Bij het stellen van een klinische diagnose van een mogelijke erfelijke aandoening kan een arts dit laten bevestigen via een genetische test. Bij de diagnosestelling wordt dan heel gericht de sequentie bepaald en worden de mutaties opgespoord in één welbepaald gen dat oorzakelijk is voor de gestelde diagnose. Momenteel worden in Leuven op klinische basis mutaties opgespoord voor ongeveer zestig aandoeningen. Voor de andere indicaties worden de DNA- of bloedstalen naar genetische centra in binnen- en buitenland gestuurd. Indien verschillende gendefecten eenzelfde aandoening kunnen veroorzaken, is het nodig een reeks genen sequentieel na te...

Share