-
Klimaatbeleid in de Europese Unie
- Leuven University Press
- Chapter
- Additional Information
klimaatbeleid in de europese unie 73 Klimaatbeleid in de Europese Unie Jos Delbeke en Ger Klaassen inleidinG Het klimaat verandert. Dat is ook in Europa duidelijk merkbaar. Eind 2010 overstroomden in ons eigen land grote delen van Vlaanderen en Wallonië. Het waterpeil van een aantal rivieren was boven het alarmpeil gestegen en dijken braken door, onder meer in Beersel aan het kanaal Brussel-Charleroi . Een aantal mensen moesten uit hun huizen worden geëvacueerd en in Henegouwen vielen zelfs twee doden. Het leger moest worden ingezet. De overstromingen waren de zwaarste in vijftig jaar, de schade werd geraamd op 180 miljoen euro. Begin 2011 stonden dan weer aan de andere kant van de wereld grote delen van Australië onder water door hevige regenval. Het ging hier om een gebied zo groot als Duitsland en Frankrijk samen, waarbij 200 000 mensen werden getroffen. De Wereld Meteorologische Organisatie concludeerde begin 2011 dat het jaar 2010 het warmste jaar was sinds in 1850 begonnen werd met het meten van de globale temperatuur. Het is dus duidelijk dat ons klimaat aan het veranderen is. Het is ook duidelijk dat de mens daar een belangrijke invloed op heeft. Het klimaatbeleid van de EU is milieubeleid en heeft een juridische grondslag in de Europese Eenheidsakte. Die werd in 1986 ondertekend en trad in 1987 in werking. De akte betekende dat de EU (toen nog de Europese Gemeenschap) ook beslissingen kon nemen om het milieu te verbeteren, 74 jos delbeke en ger klaassen voor zover de doelstellingen om het milieu te beschermen daarmee beter bereikt zouden kunnen worden dan door het beleid van individuele lidstaten . De akte bepaalde eveneens dat de Raad (de vertegenwoordigers van de lidstaten van de EU) en het Europees Parlement samen milieubeslissingen konden nemen. Dat was in 1987. Nu is er een vrijwel complete wetgeving op EU-niveau op het vlak van lucht, water, afval en natuur. Waarom moeten beslissingen gedeeltelijk op Europees niveau genomen worden? Vaak hebben landen dezelfde problemen. Vervuiling kent ook geen grenzen. Watervervuiling van de Rijn of de Maas bijvoorbeeld begint in één land maar eindigt in een ander land. De uitstoot van broeikasgassen uit een land heeft effect op het klimaat van de hele wereld. Bovendien is er een interne markt voor goederen en diensten. Om concurrentieverstoring te voorkomen kan het beter zijn dat de EU regels vastlegt op Europees niveau. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de kooldioxide-uitstoot van auto’s of voor het stroomverbruik van koelkasten. Tegen deze achtergrond is het doel van deze bijdrage een beknopt overzicht te geven van het klimaatbeleid in de Europese Unie. Deze bijdrage is als volgt opgebouwd. Hoofdstuk 2 gaat kort in op de achtergronden van de klimaatverandering. Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van de internationale onderhandelingen over klimaat. Hoofdstuk 4 bespreekt het interne EUklimaatbeleid . Het klimaatProbleem De wereld is in snel tempo aan het veranderen. In 1980 woonden er ongeveer 1 miljard mensen op aarde. Momenteel tellen we er 7 miljard en de Verenigde Naties (VN) verwachten dat er in 2050 meer dan 9 miljard mensen zullen zijn. In 2050 zal 80% van de mensen in steden wonen. Nu is dat ongeveer de helft. Het autobezit neemt snel toe. Nu rijden er ongeveer 850 miljoen auto’s rond op de wereld. In 2050 zouden dat er wel eens 3 miljard kunnen zijn. Het caloriegebruik per persoon neemt toe en men verwacht dat de vraag naar voedsel met 70% zal stijgen in 2050 (Bruinsma, 2009). Het Internationaal Energie Agentschap (IEA, 2009) is van mening dat de wereldwijde vraag naar energie in 2030 40% hoger zal zijn dan nu. Driekwart van de vraag naar energie komt van fossiele brandstoffen: kolen, olie en gas. De koolstof in deze brandstoffen wordt bij de verbranding omgezet [44.221.43.208] Project MUSE (2024-03-19 11:51 GMT) klimaatbeleid in de europese unie 75 in kooldioxide, het belangrijkste broeikasgas dat tot opwarming van de aarde leidt. Het IEA verwacht dan ook dat bij deze trend de concentratie van broeikasgassen tot 1000 volumedeeltjes per miljoen zou kunnen stijgen in 2050. In 2100 zou de temperatuur dan 6 graden Celsius hoger kunnen zijn dan voor de pre-industriële revolutie. Dit is ver boven het niveau waarbij we geen significante, gevaarlijke effecten van klimaatverandering mogen verwachten. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat een minder riskant niveau bij ongeveer 450 volumedeeltjes per miljoen ligt. Dit komt ongeveer overeen met een temperatuurstijging van maximaal 2 graden Celsius ten opzichte van de pre-industriële periode. Op basis van...