In lieu of an abstract, here is a brief excerpt of the content:

Voedselcrisis en economische crisis Jo Swinnen & Anneleen Vandeplas InleIdInG Decennialang daalden de prijzen van landbouwproducten en voedsel in reële termen op de internationale markten. Maar vanaf 2006 veranderde de situatie op de wereldmarkt en begonnen de prijzen te stijgen. In januari 2007 kwamen meer dan 75 000 Mexicaanse consumenten de straat op om hun verontwaardiging te uiten over de stijgende maïsprijzen: op de lokale markt was maïs op korte tijd 40% duurder geworden. In de loop van het jaar 2007 werd ook elders – om precies te zijn, in meer dan 30 landen – geprotesteerd omwille van de stijgende voedselprijzen. Halverwege 2008 waren de wereldmarktprijzen voor tarwe, maïs en rijst meer dan twee keer hoger dan in 2006. Ook prijzen voor melk en vlees schoten de hoogte in. Dit leidde tot een radicale ommezwaai van het discours van verschillende ontwikkelingsorganisaties en onderzoeksinstellingen. Zij waarschuwden nu voor de gevaren van hoge voedselprijzen. Vooral consumenten in ontwikkelingslanden bleken zwaar getroffen, en binnen die ontwikkelingslanden waren arme families het meest kwetsbaar. Immers, terwijl consumenten in westerse landen slechts een klein aandeel van hun inkomen spenderen aan voedsel, spenderen consumenten in ontwikkelingslanden gemiddeld 50% tot 80% van hun inkomen aan voedsel. Bovendien consumeren we in rijke landen vooral verwerkte producten, waar de grondstof slechts een relatief klein aandeel van de uiteindelijke 246 jo swinnen & anneleen vandeplas prijs uitmaakt, terwijl het gemiddelde dieet in ontwikkelingslanden voor een veel groter aandeel uit onverwerkte landbouwproducten bestaat. Als het merendeel van het gezinsbudget opgaat aan voedsel, is het duidelijk dat een voedselprijsstijging ook leidt tot de daling van andere uitgaven. De stijgende voedselprijzen kunnen ook op langere termijn gevolgen hebben, als kinderen zich niet optimaal kunnen ontwikkelen door ondervoeding, of als ze geen onderwijs kunnen volgen omdat hun ouders het schoolgeld niet langer kunnen betalen. Ondertussen zijn de graanprijzen wereldwijd weer gezakt tot op het vroegere niveau van 2005, met slechts een lichte recuperatie in 2009 (IMF 2009a). Het gevolg was dat er in 2008 weer een hoop mensen op straat kwamen: opnieuw luidden boeren de alarmbel, omdat zij vonden dat de lage voedselprijzen niet langer leefbaar waren, vooral in de zuivelsector. In 2009 werd er in de EU zelfs van een melkcrisis gesproken, en boze boeren goten liever hun melk weg dan ze aan de marktprijs te verkopen. Was de stijging van de voedselprijzen in 2007 en 2008 een uitzondering die ondertussen gecorrigeerd is, of een voorbode van meer? Wat waren de oorzaken van de sterke stijging van de voedselprijzen in 2007 en 2008 en wat impliceren die voor de toekomst van onze voedselvoorziening? En welke rol speelt bio-energie in dit verhaal? Dit zijn enkele van de vragen die we in dit hoofdstuk zullen trachten te beantwoorden. oorzaken Verschillende oorzaken liggen aan de basis van de plotse stijging van de voedselprijzen. In wat hierop volgt, geven we een bondig overzicht van de verschillende factoren die mogelijk hebben bijgedragen aan de voedselcrisis . We onderscheiden hier drie grote categorieën van factoren. Vooreerst kijken we hoe de vraag naar voedsel geëvolueerd is in de afgelopen jaren. Indien de vraag naar voedsel stijgt, en de marktmechanismen hebben vrij spel, dan is het immers logisch dat de prijs ook omhooggaat. Vervolgens kan een prijsstijging veroorzaakt worden door een vermindering van het aanbod. Ook die mogelijkheid onderzoeken we. Tenslotte bespreken we nog enkele andere factoren die wel eens naar voren geschoven worden als aanleiding tot de voedselcrisis. [3.144.244.44] Project MUSE (2024-04-25 15:25 GMT) voedselcrisis en economische crisis 247 De stijgende vraag naar voedsel Door de toegenomen welvaart in onze contreien hebben we in de afgelopen honderd jaar onze voedingsgewoonten sterk veranderd: niet alleen zijn we door de jaren heen meer gaan eten, maar in het algemeen kiezen we ook voor meer variëteit en voor ‘duurdere’ producten, zoals groenten en fruit, vlees en zuivelproducten, in plaats van aardappelen, brood en rijst. Dit is niet anders in de nieuwe opkomende economieën. Een aantal landen in de wereld zijn erin geslaagd zeer snel te groeien in de afgelopen jaren. Zo groeiden China en India (vóór de financiële crisis) aan een snelheid van ongeveer 10% per jaar, en zelfs zwart Afrika deed het goed met een groei van 6% per jaar, hoewel deze laatste van een lage basis vertrekt. Door de sterke stijging van de inkomens, de groeiende middenklasse en de sterk toegenomen verstedelijking in landen als China en India, is de vraag naar voedsel sterk gestegen. Bovendien worden er veel meer...

Share