In lieu of an abstract, here is a brief excerpt of the content:

Matthijs de Ridder ‘Een Congoleesche werpspeer en een brok rubber, die onder ’s konings neus neergelegd waren’ Koloniale bedenkingen bij Willem Elsschot en Gaston Burssens Congo en Vlaanderen: twee slachtoffers van la Belgique à papa. Omslag van Gaston Burssens, 12 niggersongs (De Sikkel, Antwerpen 1946); de stijl van de kaftillustratie is ontleend aan de Congolese volkskunst. 204 Er is opmerkelijk weinig geschreven over de Vlaamse koloniale en postkoloniale literatuur. Incidentele studies over Congo-romans en aanzetten tot de geschiedenis van de Vlaams-Congolese letteren niet te na gesproken, is de aandacht die er in Vlaanderen is voor deze literatuur, niet te vergelijken met de studie naar de Nederlandse Indië-romans of de bloeiende wetenschap die zich bezighoudt met alle mogelijke vormen van koloniale en postkoloniale letteren in de Angelsaksische wereld. Zeker in vergelijking met deze laatste discipline, staat het Vlaamse koloniale literatuuronderzoek nog in zijn kinderschoenen. Dat heeft ook tot gevolg dat het discours over de koloniale literatuur nog niet tot volle wasdom is gekomen. Waren het aanvankelijk vooral de kolonialen zelf die ‘hun’ literatuur onder de aandacht brachten, dan werd het onderzoek later overheerst door manifeste tegenstanders van het koloniale systeem. In beide gevallen, pro of contra, leverde dat een sterk normerend discours op. De laatste jaren is het onderzoek vooral gevangen in een postkoloniaal of eigenlijk antikoloniaal vertoog, waarin het er vooral om lijkt te gaan de ‘nobele’ beschavingsuitgangspunten van het kolonialisme te ontmaskeren en de literaire werken in te delen op basis van de graad van kritiek die er in die boeken op het kolonialisme wordt geuit. Opvallend is dat er niet echt veel aandacht is voor de literatuur op zich, maar dat men er vooral op uit is om de auteurs te betrappen op een koloniale logica of zelfs racistische tendensen. Daarbij worden boeken die volledig volgens de koloniale opvattingen zijn geschreven als ‘slecht’ of toch in ieder geval ‘bedenkelijk’ beoordeeld, worden boeken die iets kritischer zijn, zoals Oproer in Kongo van Gerard Walschap, als iets beter ervaren, en zweert men bij de werken die de ‘mythe ontmaskeren’. De visies op het koloniale systeem en op blank en zwart staan met andere woorden centraal en worden op basis van een post- of antikoloniaal geweten langs de morele meetlat gelegd. Dat levert een totale omkering op van het koloniale discours, dat echter even grote blinde vlekken vertoont als het vertoog waartegen men zich afzet. Een voorbeeld van een boek dat zich bedient van een ouder, eerder prokoloniaal discours, is het overzicht Geschiedenis van de Vlaams-Afrikaanse letterkunde van A. Verthé en B. Henry uit 1962. Dat boek is volledig opgezet vanuit de opvatting van de ‘noodzakelijke beschaving’ van Congo, hetgeen grote argwaan wekt bij hedendaagse onderzoekers. Dat de geschiedenis van Verthé en Henry voorts ook onverholen ‘Vlaamse’ bedoelingen had, draagt bovendien bepaald niet bij aan de waardering van dit typische product van de ‘missie’. De schrijvers ervan waren als het ware twee keer [3.138.134.107] Project MUSE (2024-04-23 10:21 GMT) 205 fout: én koloniaal én flamingant. In het postkoloniale tijdperk lijkt dat een dodelijke combinatie, wat niet veel doet verhopen voor passages als de volgende , geschreven in 1929 door ene A.B. van der Weerelt: “Grootendeels wordt Kongo door Vlamingen gekoloniseerd, doch de druk van de Fransch-Belgische administratie is zo groot dat de Vlamingen tegen zich zelf in het strijdperk gesteld worden en verplicht worden hun diepste zijn te versmoren of te verloochenen, willen ze niet tegengewerkt en geknakt worden. Kongo heet een verlengstuk van België te zijn, dat wil zeggen van een tweeledig land met in het Noorden het Vlaamsch Volk, wiens taal het Nederlandsch is en in het Zuiden het Waalsch, wiens taal het Fransch is. Aan de negers, die voor verdere ontwikkeling vatbaar zijn, moet zoowel de taal van de Vlamingen als die van de Walen aangeleerd worden. Laten we het niet vergeten, het Nederlandsch heeft de toekomst en zelfs een schoone toekomst. Op voorwaarde echter dat we ons ook in onze kolonie laten gelden.” In het post- of antikoloniale tijdperk is dit een tekst die niet meteen veel handen op elkaar zal krijgen. Alsof de bevolking van Congo nog niet genoeg onrecht was aangedaan onder de vlag van de beschaving, brachten de Vlamingen ook nog hun eigen frustraties mee! Zo bekeken, zijn dit soort teksten in ieder geval achterhaald, misschien zelfs discutabel. De vraag is echter of dat het interessantste is wat je erover kunt zeggen. Want wat hebben we eraan als we bijvoorbeeld dezeA.B. van der...

Share