In lieu of an abstract, here is a brief excerpt of the content:

Inhoudsopgave Woord vooraf xiii Inleiding 1 1 Onderzoeksdomein en hypothese 1 2 Opbouw 3 3 Onderzoeksmateriaal 4 4 Methodologie 7 Deel I: Synchronie 15 Hoofdstuk 1: De constituent 17 1.1 Een sobere grammatica: vorm betekeniscorrelaties 18 1.2 Dependentie 20 1.3 Betekenis, semantiek en interpretatie 23 1.4 Middelen om dependentie te markeren 26 1.4.1 Dependentie uitgedrukt door morfologie 28 1.4.2 Dependentie uitgedrukt door woordvolgorde 33 1.4.3 Dependentie uitgedrukt door prosodie 35 1.4.4 Dependentie uitgedrukt met andere middelen 36 1.5 Besluit 37 Hoofdstuk 2: Voorbepalingen 39 2.1 Drie voorbepalingen 39 2.2 Numeralia en kwantoren 42 2.3 Onderverdeling van de adjectiefzone 46 2.4 Pre en postdeterminatoren 47 2.5 Superlatieven en genitieven 48 2.6 Besluit 49 Hoofdstuk 3: Nabepalingen 51 3.1 De Nederlandse NC kent geen nabepalingen 51 3.2 Argumenten 53 3.2.1 Discontinue NC’s 54 3.2.1.1 Extrapositie en extractie: echte discontinuïteit? 57 3.2.1.2 Appositie en predicatieve toevoeging: schijndiscontinuïteit 77 viii 3.2.2 Relatoren 85 3.2.2.1 De syntactische functie van relatoren 85 3.2.2.2 Nabepalingen met relator 88 3.2.2.3 Nabepalingen zonder relator 94 3.2.2.4 Samenvatting 125 3.2.3 Typologisch patroon 126 3.3 Besluit 128 Deel II: Diachronie 131 Hoofdstuk 4: Regelmaat in taalverandering 133 4.1 Grammaticalisatie 135 4.1.1 Definitie 135 4.1.2 Discussie 136 4.1.2.1 Verbleking of verrijking? 136 4.1.2.2 Constructionele aanpak 137 4.1.2.3 Discours 140 4.1.2.4 Synchroon of diachroon? 141 4.1.2.5 De eenrichtingshypothese 142 4.1.2.6 Grammaticalisatietheorie 142 4.1.3 Symptomen 143 4.2 Subjectificatie 145 4.2.1 Definitie 145 4.2.2 Discussie 145 4.2.3 Symptomen 147 4.3 Extensie 149 4.3.1 Definitie 149 4.3.2 Beperkingen 151 4.4 Onregelmaat in taalverandering 153 4.5 Besluit 153 Hoofdstuk 5: De uitbreiding van de NC als een regelmatige verande& ring 155 5.1 De uitbreiding van de NC 155 5.2 De uitbreiding van de NC als grammaticalisatie 159 5.3 De uitbreiding van de NC als subjectificatie 160 5.4 De uitbreiding van de NC als extensie 164 5.5 De uitbreiding van de NC in taalvergelijkend perspectief 165 5.6 Besluit 167 Hoofdstuk 6: De ontwikkeling van een kavel voor adjectieven 169 6.1 Proto Indo Europees 169 6.1.1 De naakte NC 169 [18.223.0.53] Project MUSE (2024-04-24 17:44 GMT) ix 6.1.1.1 Geen adjectieven 170 6.1.1.2 Geen vaste positie 177 6.1.1.3 NC markeerders 183 6.1.1.4 Latere ontwikkelingen 187 6.1.2 Besluit 187 6.2 Protogermaans 188 6.2.1 Adjectieven als nieuwe woordsoort 189 6.2.2 Grammaticalisatie van de adjectiefkavel 192 6.2.2.1 Afnemende uiteenplaatsing 192 6.2.2.2 Afnemende achteropplaatsing 194 6.2.3 Besluit 202 6.3 Van Westgermaans naar Nederlands 202 6.3.1 Consolidatie van de adjectiefkavel 202 6.3.2 Extensie van de adjectiefkavel 207 6.3.2.1 Deelwoorden en gerundiva 207 6.3.2.2 Pronomina 212 6.3.2.3 Telwoorden 220 6.3.2.4 Andere gevallen 245 6.3.2.5 Directionaliteit 245 6.3.3 Besluit 247 Hoofdstuk 7: De ontwikkeling van een kavel voor determinatoren 249 7.1 Protogermaans 249 7.1.1 Criteria voor determinatoren 252 7.1.2 Geen determinatoren in het Protogermaans 258 7.2 Oudnederlands 261 7.2.1 Grammaticalisatie van de determinatorkavel 261 7.3 Van Middelnederlands tot hedendaags Nederlands 263 7.3.1 Consolidatie van de determinatorkavel 263 7.3.2 Extensie van de determinatorkavel 264 7.3.2.1 Possessiva 264 7.3.2.2 Pronomina van wijze 267 7.3.2.3 Adjectieven van wijze 271 7.3.2.4 Anaforische adjectieven 277 7.3.2.5 Determinatoren in de dop 279 7.3.2.6 Genitieven 285 7.4 Besluit 291 Hoofdstuk 8: De ontwikkeling van een kavel voor kopbepalingen 293 8.1 Middelnederlands 298 8.1.1 Geen kopbepalingen in het Middelnederlands 298 8.2 Nieuwnederlands 299 8.2.1 Grammaticalisatie van de kavel voor kopbepalingen 299 x 8.2.2 Consolidatie van de kavel voor kopbepalingen 301 8.3 Hedendaags Nederlands 310 8.3.1 Extensie van de kavel voor kopbepalingen 310...

Share